U heeft geen producten in uw winkelwagen.
Creatief gebruik van autofocus
Goed. Nu dat uit de weg is begin ik met een gewone situatie, waarbij de ontspanknop half indrukken voor de autofocus en belichting zorgt, en helemaal indrukken voor het maken van een foto. Simpelweg op de knop drukken is voldoende; de camera meet en stelt alles in binnen een fractie van een seconde. Voor normaal gebruik is dat voldoende en daarover nadenken is dan niet nodig.
Wordt er creatiever met een camera omgegaan, door bijvoorbeeld bewust met scherptediepte te werken (diafragmavoorkeuze of manual), wil het nog wel eens gebeuren dat de camera niet naar wens reageert. Een foto is onderbelicht (bij veel tegenlicht) of overbelicht (bij erg donkere onderwerpen), of de camera heeft op het verkeerde punt scherpgesteld. Dat kan frustrerend zijn. Een aantal custom instellingen kan dit soort vergissingen van de camera opvangen. Het stukje over belichting (over- en onderbelichten) ga ik niet niet behandelen, maar wel het gebruik van autofocus (AF).
Autofocus 1: AF-punten
Een van de belangrijkste problemen wordt veroorzaakt door het automatisch laten kiezen van het AF punt. Camera's hebben een heel scala aan aantallen en soorten AF punten of sensoren, en slimme software die een automatische scherpstelling kan verzorgen. Maar het probleem is, dat een camera niet altijd weet wat de fotograaf scherp wil hebben. Neem de onderstaande foto; een landschap waarbij de scherpte op de kluit Pijpestrootje ligt, en de rest buiten het scherptegebied valt.
In deze foto heb ik als fotograaf zelf gekozen waar er scherp gesteld moet worden. Het diafragma is zo gekozen dat de achtergrond in het onscherptegebied valt. Als de camera hier zijn gang had mogen gaan was de kans groot geweest dat de achtergrond scherp was en het Pijpestrootje niet.
De oplossing voor dit probleem, zonder direct handmatig scherp te moeten stellen, is maar één focuspunt voor de AF gebruiken waarbij ik als fotograaf bepaal wel focuspunt dat moet zijn. Standaard zal de camera het middelste punt nemen (wat vaak ook het gevoeligste punt is). Door het onderwerp dat scherp moet zijn even in het midden te houden en vervolgens de AF te activeren door de ontspanknop half in te drukken zal er op het gewenste object scherp gesteld worden.
Natuurlijk is het niet praktisch om altijd het middelste focuspunt te moeten gebruiken. In het voorbeeld is te zien dat het AF punt aan de linkerkant actief is (het rood oplichtende vakje). Hiervoor heb ik handmatig het actieve AF-punt verschoven naar een van de andere beschikbare AF punten, de linker in dit geval. Hoeveel focuspunten er beschikbaar zijn verschilt per camera, maar bij vrijwel alle camera's zijn de focuspunten in de zoeker zichtbaar. De manier van het verzetten van het AF punt verschilt natuurlijk ook per camera. Bij Canon kan dat door te draaien aan het instelwiel aan de achterkant, of de joystick. Dit is hieronder in een animatie zichtbaar gemaakt.
Door de AF één enkel focuspunt te laten gebruiken krijgt de fotograaf de vrijheid om te kiezen waar de camera scherp moet stellen zonder direct naar een handmatige scherpstelling te grijpen.
Autofocus 2: single AF of continu AF
Dit staat bij de verschillende camera merken bekend onder verschillende namen. Er zijn ook nog verschillende varianten, die ik niet ga behandelen. Simpel gezegd zijn er twee vormen; single AF waarbij de camera scherp stelt en dan die scherpte vast houdt; en continu AF waarbij de camera de scherpte continu bijstuurt om het (bewegende) onderwerp scherp te houden.
De eerste vorm (single AF) werkt uitstekend bij onderwerpen die niet veel bewegen, of heel langzaam. De camera zal ook pas een foto maken als er is scherpgesteld (focus-lock). Kan een camera niet scherpstellen, om wat voor reden dan ook, dan zal er geen foto gemaakt kunnen worden. Zo lang de ontspanknop ingedrukt blijft zal de focus-lock behouden worden.
De tweede vorm (continu AF) is natuurlijk uitermate geschikt voor (snel) bewegende onderwerpen. De AF zal een bewegend onderwerp volgen en proberen de focus te behouden. Omdat de AF continu bij stuurt bestaat de mogelijkheid dat het onderwerp even uit focus komt. De camera zal de mogelijkheid bieden om ook te kunnen fotograferen als er (nog) geen focus-lock is.
De AF-ON knop
Tegenwoordig hebben de meeste camera's een AF-ON knop op de achterzijde van de body. In eerste instantie zal dit een vreemde knop lijken, aangezien de ontspanknop gebruikt wordt om de AF te activeren. Maar deze knop speelt de hoofdrol in dit verhaal. Ik ga de activering van AF door de ontspanknop namelijk uitschakelen waardoor er alleen nog maar met deze AF-ON knop scherp gesteld kan worden.
Oh ja, voor de camera's die geen AF-ON knop hebben: het is mogelijk dat er dan een andere knop voor gebruikt kan worden. Bij Canon is dat de knop met het 'asterix' teken (*). Hoe dit met andere merken moet, zal uit een handleiding duidelijk worden.
Maar voor we daar verder mee gaan doen, moet de AF van de camera op één enkel punt ingesteld staan zoals ik in hierboven heb uitgelegd, èn op continu-AF. Hiermee wordt er nu op één punt de scherpstelling gemeten, en die scherpstelling wordt continu gecorrigeerd zo lang we de knop (half) ingedrukt houden.
Custom Function van de EOS 1Dmk3 (C. Fn IV-1-3)
Voor het instellen van de AF-ON en ontspanknop moeten we in het menu van een camera duiken. Ik heb mijn EOS 1Dmk3 als voorbeeld gekozen. Onder de Custom Functies IV is de bediening van de onspanknop en AF-ON knop te vinden (C.Fn IV 1). De camera is standaard op optie '0' ingesteld: [Meten + AF start].
Ik ga de optie nummer '3' instellen: [AE vergr. / Meten + AF start]. Dit betekent dat de ontspanknop nu werkt als AE-lock (automatic exposure lock) en de AF-ON knop gebruikt wordt om zowel de belichtingsmeter als de AF te activeren.
Als dat ingesteld staat, samen met de hierboven genoemde AF instellingen, kunnen we ten volle gebruik gaan maken van de nieuwe of andere mogelijkheden die de camera nu bied. De AF inschakelen gebeurt nu met de duim door op de AF-ON knop te drukken, en ingedrukt te houden. De belichting wordt vastgezet (AE-lock) wanneer de ontspanknop (half) wordt ingedrukt.
Werken met de nieuwe instellingen
Hoe werkt nu de bediening van de camera? De AF en belichting wordt gemeten als de AF-ON knop wordt ingedrukt. De AF zal blijven werken zo lang de knop ingedrukt is. Wanneer de knop wordt losgelaten zal de scherpte op de laatst gemeten afstand ingesteld staan. Ook de belichting wordt continu gemeten, maar door de ontspanknop half in te drukken zal een AE-lock plaats vinden: de laatste lichtmeting wordt vastgehouden. Op deze manier kunnen we onafhankelijk van elkaar de belichting instellen en de AF bedienen zonder terug te moeten grijpen op handmatige instellingen.
De praktijk
Hoe ik te werk ga met deze instelling is als volgt.
Bij een onderwerp dat vrij weinig beweegt activeer ik de AF met mijn duim op de AF-ON knop. Daarbij heb ik een focuspunt gekozen in het beeld, maar heb ook nog de vrijheid om de camera daadwerkelijk op het onderwerp te richten om scherp te stellen. Even hoef ik me niet druk te maken over compositie. Als de scherpte goed is, laat is de AF-ON knop los en ga mijn belichting meten met de ontspanknop. Elke keer als ik die knop half indruk zal een AE-lock plaats vinden. Zo kan ik met bijvoorbeeld tegenlicht snel naar punt richten waar geen tegenlicht is, de ontspanknop half indrukken en dan de compositie bepalen om vervolgens de foto te maken.
Gaat mijn onderwerp plotseling bewegen? Dan kan ik met de ontspanknop half ingedrukt nog snel de scherpte bijstellen door de AF-ON knop in te drukken.
Verandert de lichtsituatie doordat het tegenlicht plotseling wegvalt? Dan kan ik opnieuw de belichting bepalen met mijn ontspanknop zonder de AF opnieuw te activeren.
Heb ik een snel bewegend onderwerp? In dat geval blijf ik de AF-ON knop indrukken zodat mijn AF het onderwerp kan volgen. Op het gewenste ogenblik druk ik de ontspanknop in. Eventueel is het ook nog mogelijk om een AE-lock te nemen.
Het grote voordeel
Doordat de camera volledig op automatisch blijft staan (AF staat aan, belichtingsmeter kan op diafragmavoorkeuze blijven) kan er snel ingespeeld worden op een wisselende situatie. Het is dan niet nodig om diverse AF en belichtingsinstellingen te verzetten. Dit kan voordeel brengen bij dierfotografie en/of feest- en bruiloftreportages.
Natuurlijk is het een hele persoonlijke manier werken. Niet iedereen zal het prettiger of makkelijker vinden. Het is wel het uitproberen waard, en alleen het uitproberen kan uitwijzen of het iets voor je is.
Tot slot: al die andere functies
In de de afbeelding van het menuscherm zijn nog andere custom functies te zien. In feite zijn het variaties op wat ik hier heb uitgelegd. Welke van die varianten geschikt zijn hangt helemaal van de fotograaf en het onderwerp af. Het is een kwestie van op je gemak uitproberen om de voor- en nadelen van deze varianten uit te proberen. Bedenkt ook dat dit menu voor de EOS 1Dmk3 is. Bij een ander merk kunnen de benamingen anders zijn. Sla er je gebruiksaanwijziging op na om de juiste plaats in het menu